Simone Weil: filosofe, arbeidster, mystica

Voor Simone Weil (1909-1943) een Franse filosofe van Joodse afkomst, is het leven de zoektocht naar het absolute. Zij zegt: “Het is niet van belang mensen gelukkig te maken, maar om de zin van het bestaan te vinden.” Haar eigen zingeving vindt zij uiteindelijk in haar betrekking tot het goddelijke.

Simone Weil: filosofe, arbeidster, mystica

Haar hele leven zoekt de Franse filosofe en mystica een spirituele oplossing voor haar vertwijfeling over de toestand van de wereld.

Na haar filosofiestudie en gedurende haar aansluitende werkzaamheid als lerares, raakt zij politiek en arbeidsrechtelijk geëngageerd. Haar streven is een betere arbeidswereld, waarin de mens niet alleen vooral een arbeidsrobot is, maar er ook aanspraak gemaakt wordt op zijn menselijkheid door kunst en ontwikkeling. Met dit doel geeft zij kostenloos cursussen en gespreksavonden voor arbeiders van fabrieken en tracht op deze manier geestelijke en lichamelijke arbeid met elkaar te verzoenen.

In deze tijd neemt zij een jaar onbetaald verlof om de arbeidsvoorwaarden in de industrie lijfelijk te leren kennen. De inspanningen zijn echter te veel voor haar lichamelijke en geestelijke krachten en daarom houdt zij er weer mee op.

Door de gebeurtenissen van de Tweede Wereldoorlog wordt zij zelf in haar menszijn bedreigd, en zoekt ze des te meer naar haar eigen geestelijke vaderland. Daarbij wendt ze zich tot de studie van het Sanskriet, de leer van Pythagoras en Plato, de Manicheeërs en de geestelijke stroming van de Katharen. Het wereldbeeld van de Katharen komt met het hare overeen.

Zij waren naar haar idee de erfgenamen van het Platoonse denken, de esoterische leer en de oorspronkelijke mysteriën. De Kerk van de Katharen was de Kerk der Reinen, die alles afwezen wat te maken had met geweld. Ook voelde Simone Weil zich aangetrokken tot de ascese van de Katharen, omdat zij zelf ook het materialistische leven afwijst.

De Katharen leefden in de Middeleeuwen in Zuid-Frankrijk, de Languedoc, en werden in hun tijd bonnes hommes, goede mensen, genoemd. Wie toetrad tot deze gemeenschap, gaf zijn privé-eigendom op. Hij diende zijn medebroeders en medemensen door werk en ziekenverpleging, leidde een teruggetrokken, geestelijk leven en zorgde, ook spiritueel, voor degenen die in verbinding stonden met de gemeenschap. Het Johannes-evangelie stond in het middelpunt van hun geestelijke gerichtheid.

Simone Weil stelt vast in haar filosofische studie over de cultuur van de Languedoc, verschenen in 1939 en getiteld: Le Génie d’oc:

Slechts éénmaal in de laatste voorbije eeuwen na Christus bestond er een mediterrane beschaving die, als men haar een kans had gegeven, misschien een zelfde mate aan vrijheid en spirituele creativiteit bereikt zou hebben als het oude Griekenland: in het Languedoc van de Katharen.

De vrijheidsbeweging van de Katharen werd in de 13e eeuw door een coalitie van de paus met de Franse koning onderdrukt. Met harde woorden veroordeelt de schrijfster dit gebeuren.

 

“Einwurzelung”” – een noodzaak voor de menselijke ziel

Het is voor Simone Weil met grote droefheid verbonden dat ze in mei 1942 als Joodse vervolgde vanwege de oorlogsgebeurtenissen Frankrijk moest verlaten. Eerst gaat ze samen met haar ouders naar Amerika. In november 1942 keert ze echter terug naar Europa en vestigt ze zich in Londen.

Van daaruit probeert ze actief te zijn in het verzet, maar wat haar daarmee voor ogen stond, lukt haar niet. Zij publiceert het boek Einwurzelung. Daarin ontwikkelt zij richtlijnen voor sociale, politieke en openbare gedragingen. Hierbij ligt het zwaartepunt op de noodzaak voor de menselijke ziel om rekenschap af te leggen. Deze ziele-noodzaak verklaart zij in haar boek aan de hand van waarden als ordening, vrijheid, gehoorzaamheid, verantwoordelijkheid, gelijkheid, zekerheid en waarheid.

Haar beschouwingen zijn daarbij steeds bijzonder, ongewoon, en haar tijd ver vooruit. Ze bevatten deels belangrijke psychologische uitspraken en laten veel trefzekerheid zien. Niet weinigen beschouwen Simone Weil vanwege haar scherpzinnige analyses en nonconformistische ideeën als pionier van het moderne, sociaal-politieke denken.

 

Weil over “verantwoordelijkheid” en “vrijheid”

Vreugde over beslissingen en verantwoordelijkheid, het gevoel dat men nuttig, onmisbaar is, zijn levensnoodzakelijkheden van de menselijke ziel. Een volledige beroving in dit opzicht vindt bijvoorbeeld plaats in het geval van werkeloosheid; zelfs als de noodzakelijke ondersteuning gewaarborgd is. Ieder mens moet men een gevoel meegeven van de waarde en het nut van zijn “zijn”, ook als men hem ervan bewust maakt dat hij met zijn werk voor de gemeenschap daaraan bijdraagt.

Volgens Simone Weil is in het begrip”vrijheid” de mogelijkheid van de keuze begrepen. Een mogelijkheid binnen de gegeven werkelijkheid. Deze keuze wordt door het algemene nut beperkt, daar waar mensen in gemeenschappen leven. In het uiterlijke leven is vrijheid dus altijd beperkt. In het bewustzijn kan zij totaal en onbeperkt zijn.

Aan haar werk ligt de Platoonse ideeënleer ten grondslag, waarmee Plato trachtte de vraag over de onsterfelijkheid van de ziel plausibel te beantwoorden. Hij kwam tot de ovetuiging dat de mens de aangeboren gave bezit zich zijn goddelijke oorsprong te herinneren. Plato vertegenwoordigde ook het standpunt dat het de opgave van de Staat is om te waarborgen dat burgers deelnemen aan filosofisch onderwijs, opdat de mens zijn ware bestemming herkent en daarmee een oriëntering bij de centrale levensvragen.

Na de ontworteling door het oorlogsgebeuren moeten de mensen naar de opvatting van Simone Weil zich opnieuw met waarden verbinden, zoals bijvoorbeeld vaderland, taal, cultuur, beroep, woonplaats. Een gebrek aan zulke bindingen heeft naar het idee van de filosofe de ziekte van de ontworteling of het thuisloos-zijn tot gevolg. Over het thema “thuisloos-zijn” schrijft Weil in het tweede deel van haar boek Die Einwurzelung: In tegenstelling tot het thuisloos-zijn, is de verworteling van de mens misschien wel de belangrijkste en meest ontkende behoefte van de menselijke ziel. Want het menselijke wezen heeft een wortel door zijn werkelijke, actieve en natuurlijke deelname aan een gemeenschap, die zekere schatten van het verleden en zekere vermoedens van het toekomstige levend houdt. Deze deelname wordt gekenmerkt door plaats, geboorte, beroep en een vertrouwde omgeving. Ieder menselijk wezen heeft meerdere van zulke wortels nodig.

 

Het voorbeeld van de Katharen

Bij haar zoektocht werd Weil geïnspireerd door leven en werken van de Katharen en zij worden haar tot een maatschappelijk en spiritueel voorbeeld. Weil kiest voor een leven naar de principes van geweldloosheid en soberheid in de zin van een hogere ordening, dat wil zeggen, gehoorzaam aan de eeuwige wetten die in het innerlijke wezen verborgen zijn. Vrijheid in spirituele zin, zoals de Katharen het hebben gezien en geleefd, ligt besloten in de Geest en wordt geboren uit goddelijke krachten. Zij is een toestand die openbaar kan worden als de Geest meester wordt over de stof.

Weils vrijheidsbegrip werd nu afgelost door het begrip gehoorzaamheid. Voor haar brengt deze soort vrijheid tenslotte evenwicht en dit is de enig ware autoriteit, die alleen verleend wordt aan degene die haar lééft.

Tenslotte erkent zij, dat noch politieke noch revolutionaire activiteiten het antwoord bieden dat zij zoekt. Vooral omdat ze volledig doordrongen is van de gedachte aan geweldloosheid.

Simone Weil sterft op 24 augustus 1943 in Londen, op de leeftijd van 34 jaar aan hartfalen door honger en tuberculose. Zij laat een veelzijdig en buitengewoon werk na. De meeste van haar geschriften verschijnen pas na haar dood. Daarin  vindt men gedachten en teksten over filosofie en cultuurfilosofie, over theologie en mystiek, maar ook verhandelingen over sociale hervormingen en sociaal-politieke vraagstukken.

Citaten van Simone Weil:

Niet de enkele mens heeft zijn naaste lief, maar God in hem heeft de naaste lief.

Ook de liefde voor de schoonheid van de werreld is slechts een imitatie van de goddelijke liefde, die het universum schiep.

 

Literatuur:

Simone Weil: Die Einwurzelung. Ein Vermächtnis. Einführung in die Pflichten dem menschlichem Wesen gegenüber. München 1956

Angelica Krogmann, Simone Weil, Reinbek 1970

Ulrike Voigt, Mystikerinnen, Stuttgart 2017

Print Friendly, PDF & Email

Deel dit artikel

Artikel informatie

Datum: september 25, 2019
Auteur: Cornelia Vierkant (Germany)

Featured image: